Om het thema ‘Effectief lerarengedrag’ in te luiden werd
er in de les een aantal cases laten zien van leraren die bepaald gedrag
vertonen. In de filmbeelden ging het om gedrag dat een slecht effect had op de
klas. Er werd van ons verwacht deze docenten en hun gedragingen te bestuderen
en te omschrijven wat de docenten aan het doen waren en tot welke resultaten
dit leidde. Mijn aandacht bleef hangen bij een docent die in een ‘foute’ outfit
voor de klas stond. Zijn overhemd, die duidelijk een aantal maten te groot was,
zat in zijn broek en deze broek was hoog opgetrokken. De docent leek, mede door
zijn kledingkeuze, erg klein en mager. Hierdoor straalde hij weinig gezag uit.
Ook had de man een onzekere uitstraling en sprak hij zijn leerlingen
voorzichtig toe. Dit voorbeeld trok mijn aandacht omdat het in deze situatie
niet eens ging om het karakter van de docent, niet om zijn regels of
rechtvaardigheid, niet om zijn kennis. De leerlingen reageerden al op het
uiterlijk en de (non-) verbale communicatie van hun docent.
Een prettige non-verbale communicatie wordt ook benadrukt
in Puberbrein binnenstebuiten. Er
wordt in de theorie echter niet verteld hoe deze prettige non-verbale
communicatie behaald kan worden. Op internet kan ik geen tips vinden die
specifiek op docenten gericht zijn. Wel zijn er meerdere sites die dé tips voor
een fijne non-verbale communicatie geven. Zo ook op www.intermediair.nl, in het artikel “10
tips voor non-verbale communicatie op het werk”. Houd goed oogcontact, denk aan
je kleding en presentatie (vermijd nare geurtjes, verzorg je tanden, handen en
nagels etc.), heb een zelfverzekerde houding. Het zijn tips die naar mijn idee
ook voor docenten gelden, eigenlijk tips voor iedereen die regelmatig in
contact komt met andere mensen, zeker op professioneel vlak. Waarom verschijnt
een zakenman in pak op kantoor? Om de juiste indruk te geven. Waarom verschijnt
een leraar in een te groot overhemd en opgetrokken broek op school? Daar kan ik
geen antwoord op geven. Een eerste indruk is erg belangrijk voor het idee wat
leerlingen over jou als docent krijgen en dit idee zal doorspelen in alle
verdere lessen.
Ik vraag mij af of een prettige non-verbale communicatie
aan te leren is, of dat het gewoon ‘in’ de persoon zit. Mijn
instituutspracticum heb ik met een acht afgerond, met als een van de tops: “Je
hebt een prettige houding.” Volgens mijn SPD hoef ik niet veel aandacht te
besteden aan mijn non-verbale communicatie, aangezien het daarmee wel in orde
is. Toch wil ik mij meer verdiepen in het effect van een goede of slechte
non-verbale communicatie op de klas en hoe dit de relatie tussen leerling en
docent bevordert of verslechtert. Om dit te bereiken wil ik met docenten in
mijn omgeving over hun ervaringen praten en hen vragen of zij bewust bezig zijn
met de non-verbale communicatie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten